HUB EN LIES VAN OPPEN-MEERTENS
augustus 2015

Vandaag ben ik bij een “vrijwilligerspaar” geweest: Hub en Lies van Oppen-Meertens. Beiden zijn lid van de Poetsploeg. Lies doet het echte poetswerk, Hub is door koster Herman als restaurateur van het koperwerk gecharterd.

“Na een concert van Orpheus in de kerk werd tijdens het transport van de decorstukken een hangende kandelaar beschadigd. Deze heb ik toen gerepareerd. Ik denk dat ongeveer al het koperwerk sindsdien, via Herman, door mijn handen is gegaan. Zo heb ik ook de twee grote flambouwen hersteld. Pas geleden heb ik de twee grote staande ronde kandelaars van een steviger voetstuk voorzien om ze voor omvallen te behoeden.
De grote kaarsenkroonluchter die bij het oude altaar hangt werd een aantal jaren geleden ontdekt in de kelder, helemaal zwart, niet compleet. Die heb ik toen in mijn garage opgehangen. Eerst heb ik in andere kerken bekeken hoe dergelijke kroonluchters waren uitgevoerd en toen gezocht naar oplossingen voor restauratie en daarna voorzien van nieuwe onderdelen. De kroon “koperpoetsen” ging niet meer dus heb ik hem helemaal gepolijst. Na driekwart jaar zag hij er weer uit als nieuw.
De kroon waar de vanen (geel-wit en rood-wit) aanhangen heb ik ook compleet gemaakt. We hangen die altijd op voor Pasen, Pinksteren en Kerstmis.”

Dat zijn ook de feesten waarvoor de kerk wordt gepoetst.
Lies: “De poetsploeg is ontstaan naar aanleiding van de concerten van Orpheus in de kerk; na zo’n concert moest de kerk er natuurlijk weer netjes uitzien. Vanaf het begin help ik mee, een paar keer per jaar. Ook de kapel in Hellebroek poets ik, met anderen.”

Beiden zijn lid van het kerkkoor en van Orpheus.
Lies: “We zijn in 1972 in Nuth komen wonen en vanaf 1972 ben ik lid van Orpheus. Ik heb in Klimmen, waar ik vandaan kom, al vanaf mijn kindertijd, begonnen in het kinderkoor, gezongen in een koor. In 1990 werd ik ook lid van het kerkkoor. Dat kon omdat toen mijn zoon Marcel stopte als koorlid om te “babysitten” voor ons nakomertje. Hij wist dat zingen mijn lust en mijn leven is. Het zingen heeft me ook geholpen bij het verwerken van het verdriet toen Marcel door een ongeluk om het leven is gekomen. In de vakantieperiode mis ik het zingen.”

Ook Hub heeft al in Scheulder, zijn geboorteplek, gezongen in een koor vanaf zijn 12e.
“Toen ik hier kwam wonen heeft de overbuurman, Eugène Collaris, me meteen gevraagd om in het kerkkoor te komen zingen. In 1990 ben ik ook lid geworden van Orpheus.”

Hub en Lies hebben nog een gezamenlijke hobby: twee keer per week wandelen ze een paar uur met nog een echtpaar. En uiteraard besteden ze tijd aan hun kinderen en kleinkinderen. Lies zorgt een dag in de week voor de twee kleinkinderen en fungeert als de familiekapster (haar hobby) en Hub doet de klussen in hun huishoudens.